Nou Wilma, bloggen dan maar?
Toen wij elkaar vijf jaar geleden leerden kennen hadden we beiden geen idee dat het allemaal zo zou gaan verlopen; Dat iets als een date, samen een kopje koffie drinken, ertoe zou leiden dat we man en vrouw zijn, we onze levens in elkaar vlochten, samen verder zijn gegaan. Het was me wel een sprong in het diepe die date, waar haalde ik de moed vandaan? Daar zat ik dan naast jou met mijn droeve hart en mijn leven zonder glans in grijstinten. Nog niet gewend aan het idee dat ik weduwnaar was, nog geen jaar, dat zat daar in mijn ‘zware rug tas’.
Jij zat naast mij, mij onbekend, maar ik vond je direct al leuk, stralend, ik werd blijer van jou. Al gauw bleek dat jij ook een ‘rugtas’ had te dragen; nog maar pas je jongste dochter van toen 19 jaar in een instelling gebracht, een dorpsgemeenschap van mensen met een verstandelijke handicap. Negentien jaren in je gezin die bij tijd en wijle als een achtbaan met ups en downs waren verlopen.
Je introduceerde mij in een voor mij totaal onbekende wereld, de wereld van de zorg voor mensen met een verstandelijk handicap. Ik had geen idee. Geen idee wat ik me erbij voor moest stellen, een woongemeenschap van mensen met een verstandelijke handicap, hoe ziet dat er uit? En geen idee wat het voor een ouder betekent om ‘zo’n kind’ te hebben, wat dat met een gezin doet. Jij hebt het mij laten zien, ik heb mij open gesteld. Het heeft mijn kijk op het leven verandert, ja, het heeft mij verrijkt.
Er bleken veel meer paralellen te zijn dan alleen een ‘rugtas’; beide geboren en getogen noorderlingen, ik een Groningse Drent, jij een Drentse Groningse. Samen vijf kinderen, allemaal in de twintig. Ik met mijn roots in Delfzijl kwam voor mijn werk vaak in je geboortedorp. We gingen met onze gezinnen naar hetzelfde zwembad in jouw dorp, het kan niet anders dan dat onze paden elkaar daar ooit gekruist hebben. Of de middelbare school waar vier van de vijf kinderen in dezelfde periode op zaten. En vele jaren reed ik van en naar werk dagelijks langs de ‘voordeur’ van de dorpsgemeenschap waar jouw jongste dochter woont. Ik had geen idee van de wereld, beter gezegd het dorp, dat zich daar bevond. Een wereld op zich, waar nu ik door jou kennis mee heb gemaakt.
Uiteraard zijn er ook verschillen; ik uit een PvdA gezin, ‘rooien’ zou jou vader gezegd kunnen hebben, jij uit een gereformeerd gezin, ‘cocksen’ zou mijn moeder gezegd kunnen hebben. Uit verschillende zuilen, maar ook daar bleken veel overeenkomsten te zijn. De normen in de verschillende zuilen lagen niet zo ver uit elkaar; wat geaccepteerd is en wat kan en mag, de bindingen binnen de eigen kring. Gezien door onze kinderogen van de jaren zestig leek het erg op elkaar.
De wereld om ons heen, gezin, onze opgroeiende kinderen, onze verschillende en gedeelde achtergrond in de regio’s; Dat soort onderwerpen daar hebben we het vaak over. We delen onze gedachten, verwondering en verbazing. Daar zouden we eens over moeten schrijven, was vaak het idee. Nou vooruit dan maar, laten we ermee beginnen, ik heb er zin aan!
En die ‘rugtassen’? Die hangen er nog altijd en alles zit er nog in, maar ze voelen een stuk lichter. En die grijstinten van mij? Nee hoor, full colour.
H.
Ja Henk, we gaan inderdaad bloggen, verhalen schrijven naar elkaar.
Over hoe gewoon of hoe bijzonder dingen gaan.
Om maar meteen op jouw schrijven te reageren. Zo bijzonder wat je vertelt over de Boo, het zwembad in Schoonebeek van de NAM. Een prachtig luxe zwembadcomplex in het dorp. Maar alleen toegankelijk voor mensen werkzaam bij de NAM en hun families. Jij werkte bij de NAM, dus ik snap dat jullie er vaak naar toe gingen. Ik ben er ook regelmatig geweest, als lagere school kind met een vriendinnetje die een NAM-vader of opa had. Ik mocht dan wel eens mee.
Of soms -als we het durfden- probeerden we stiekem binnen te komen.
Dit deden later mijn kinderen ook, hoewel de toegang toen wel wat losser gezien werd. Maar ik had ook een verzoek ingediend met de vraag of Naomi daar mocht zwemmen, dit mocht maar natuurlijk met een volwassene erbij. Dus zo kwam ik er ook later vaak.
Ook zo’n bijzonder verhaal om te horen dat jij door je werk jarenlang langs Nieuw Woelwijck reed. En dat je geen weet had over mensen met een verstandelijke beperking die wonen in dit bijzondere dorp. Je zag het bord met de dorpsnaam natuurlijk staan, maar waar de toegangsweg naar toe leidde, je kon dat niet weten. Je vertelde dat een dochter van een collega er ook woont. Maar ja, dan weet je nog niet veel.
Om hier maar meteen op door te gaan, want wat vond ik indrukwekkend hoe jij een open blik had naar de verhalen over mijn dochter én over dit dorp bij Sappemeer. Dat je haar wilde leren kennen en hoe haar kunnen en niet kunnen door de epilepsie bijvoorbeeld in de praktijk doorklinken.
Dit alles naast het verlies van je lieve vrouw nu 5 jaar geleden maar toen nog maar recent.
En dan nog het Hondsrugcollege in Emmen, mijn oudste dochter heeft jouw zonen daar vast wel eens zien lopen. Mijn zoon ging er ook naar die school maar waarschijnlijk zat HAVO een ander gebouw.
Wij kwamen erachter dat er door verschillende leeftijdsfasen veel herkenbare gezamenlijke herinneringen en dwarsverbanden zijn. Binnen een stad, een dorp, een tijd, in een regio. Ik hou ervan!
Jij geboren en opgegroeid in het Noordoostelijkste puntje van de provincie Groningen en ik geboren en getogen in het uiterste Zuid Oosten van Drenthe liggend aan de Duitse grens.
Grappig, ik zocht het net op, op de kaart is dit hemelsbreed een verticale kaarsrechte lijn.
Met links ervan de stad Groningen en Schoonoord de plaatsen waar we nu wonen en rechts ervan Sappemeer. Ingewikkelder is het niet.